EngelsGrieksVlaamsNederlands
  De meest volledige informatiegids over Athene, Griekenland

Geschiedenis van Athene

 

 

GESCHIEDENIS VAN ATHENE

336 VC tot 267 AD


Lycurgus van Athene, 396-323 VC

Na de Slag van Cheronia heerste Lycurgus, een van de tien redenaars van Attica, van 336 tot 324 VC over Athene. Hij werd ca 396 VC in Athene geboren en was de zoon van Lycophron die behoorde tot de edele familie van de Eteobutadae. In zijn jonge dagen legde hij zich toe op de studie van de filosofie in de school van Plato. Later werd hij leerling van Isocrates en stapte hij op vrij jonge leeftijd in het openbare leven. Hij werd drie opeenvolgende keren benoemd tot “beheerder van de publieke inkomsten” en hij voerde deze taak telkens voor vijf jaar uit.

Lycurgus droeg in belangrijke mate bij tot  het optrekken van prachtige gebouwen als het Panatheense StadionZijn belangrijkste taak was het inkomen en de economische reserves te vergroten. Dit zou het voor Athene mogelijk maken een effectief leger en vloot op te bouwen en bij te dragen tot het optrekken van prachtige gebouwen als het Panatheense Stadion, de portiek van het Heiligdom van Asclepius en de Tempel van Apollo Patroos in de Agora. Bovendien wordt de reconstructie van het Theater van Dionysos aan hem toegeschreven evenals het voltooien van de werken op de Pnyx Heuvel, in Eleusis en aan het Amhiareion van Oropos. Het was geleden van de tijd van Pericles dat de stad nog zulke bouwactiviteiten had gezien.

Lycurgus was verantwoordelijk voor het algemene beleid van de stad alsook voor de publieke orde. De strengheid waarmee hij over het gedrag van de burgers waakte, was bijna spreekwoordelijk. Lycurgus was een liefhebber van alles wat mooi en groots was zoals blijkt uit de gebouwen die hij liet optrekken en afwerken, zowel voor gebruik door de burgers als voor de versiering van de stad. Zijn integriteit was zo groot dat zelfs privé burgers grote sommen ter bewaring aan hem gaven.

Hij was ook de ontwerper van verschillende wetten die hij streng liet toepassen. Een van deze wetten was het verbod voor vrouwen om in een rijtuig te rijden tijdens de viering van de (Eleusinische) mysteries en toen zijn vrouw deze wet overtrad, kreeg ze een boete. Een andere wet verplichtte dat enkel bronzen beelden mochten gemaakt worden van Aeschylus, Sophocles en Euripides; dat kopieën van hun tragedies gemaakt moesten worden en bewaard worden in de openbare archieven.

Lycurgus van Athene, die toen directeur van het Theater van Dionysos was, overleed in 323 VC.


Het begin van de Macedonische overheersing

De al gespannen verhouding tussen Athene en Macedonië bereikte een hoogtepunt bij het overlijden van Alexander de Grote in 323 VC. Athene speelde een belangrijke rol in het oprichten van een anti-Macedonisch bondgenootschap met de Aetolianen, Thessalianen, Phoceanen, Lokrianen en sommige Peloponnesische staten. Het bondgenootschap werd in 322 VC in Krannon, Thessaly, definitief verslagen.

Athene capituleerde op verregaande voorwaarden:

• een Macedonisch garnizoen gestationeerd in de haven van Mounychia
• de afschaffing van de democratie
• de ter dood veroordeling van de verantwoordelijken voor de oorlog
• Oropos en Samas ontkoppeld van de stad

Het leiderschap van de stad werd overgedragen aan de oudere generaal Phokion die in 318 VC, toen de democratie werd hersteld, ter dood werd veroordeeld. In 317 VC was Athene verplicht een bondgenootschap aan te gaan met Cassander van Macedonië. Gedurende tien jaar was de macht in handen van Demetrius Phalireus, een leerling van Aristoteles, een voorname geleerde en wetgever.


Demetrius (de Belager), 307-283 VC

Buste van Demetrius I, Koning van Macedonie (Griekse vasteland) van 306-283 VCDemetrius I, zoon van Antigonus I Monophtalmus en Stratonice, was een Macedonische koning (294-287 VC) van de Antigonidische dynastie. Op 20-jarige leeftijd liet zijn vader hem alleen Syrië verdedigen tegen Ptolemy, de zoon van Largus. In de slag bij Gaza leed Demetrius een grote nederlaag maar hij herstelde zijn verlies deels door een overwinning in het gebied bij Myus.

Na een succesloze mars tegen Babylon en verschillende veldtochten tegen Ptolemy langs de kust van Silicië en Cyprus, zeilde Demetrius met een vloot van 250 schepen naar Athene. Hij bevrijdde de stad van de heerschappij van Cassander en Ptolemy, verdreef het garnizoen dat er gelegerd was sinds Demetrius van Phalerum, belegerde Myncia en nam in 307 VC de stad in. Na deze overwinningen werd hij door de Atheners als een god aanbeden met de titel “Soter” (redder).

Cassander aanvaardde het verlies van Athene niet en probeerde de stad opnieuw in te nemen tussen 307 en 304 VC. Zonder succes echter. De Atheners namen deel aan de Slag van Ipsos (304 VC) aan de zijde van de verslagen Antigonus en Demetrius. Lachares werd alleenheerser (tiran) in Athene maar kort daarop kwam Piraeus in de handen van de tegenstanders en, in 295 VC, belegerde Demetrius Athene met succes. Acht jaar later werd Demetrius, nu koning van Macedonië, verslagen en werd hij verplicht zijn koninkrijk te verlaten. Hij faalde in het behoud van Athene maar Piraeus bleef in Macedonische handen.


Van Macedonische Overheersing tot Neutraliteit, 287-200 VC

In 286 VC, in een alliantie met de Ptolemies van Egypte en Koning Ares van Sparta, verklaarde Athene de oorlog aan Antigonus Gonatas, koning van Macedonië en zoon van Demetrius de Belager. De stad werd omsingeld en moest zich in 262 VC overgeven. Ze bleef onder Macedonische heerschappij tot 229 VC.

De Ptolemaische dynastie was een Helleense Koninklijke familie die bijna 300 jaar (van 305 tot 30 VC), over Egypte heerste. Ptolemy, een Macedoniër en een van de generaals van Alexander de Grote werd, na de dood van Alexander in 323 VC, tot satrap (gouverneur) van Egypte benoemd. In 305 VC benoemde hij zichzelf tot Koning Ptolemy I, later gekend als Soter (redder). De Egyptenaren aanvaardden de Ptolemies als opvolgers van de farao’s van het onafhankelijke Egypte. De Ptolemy familie heerste over Egypte tot de Romeinse verovering in 30 VC.

Na de dood van Demetrius II, de zoon van Antigonu Gonatas, trok het Macedonische garnizoen zich terug en droeg Piraeus, Salamis en de vestigingen van Mounychia en van Rhamnous over aan de Atheners. De stadleiders volgden een beleid dat strikt neutraal was ten overstaan van conflicten die plaatsvonden op het Griekse vasteland in het laatste kwart van de 3de eeuw waarbij ze echter onder de bescherming bleven van de Ptolemies.


Aan de zijde van Rome, 200-88 VC

Philip V van MacedonieDe omstandigheden veranderden in 200 VC toen de stad de oorlog verklaarde aan Philip V van Macedonië die al ten oorlog getrokken was tegen Rhodos en Attalos van Pergamon. Omdat ze onmogelijk zelf oorlog konden voeren, vroegen de Atheners de hulp van Rome. De stad werd belegerd door de Macedoniërs maar werd door de Romeinse tussenkomst gered.

In 197 VC, leidde de nederlaag van Philip bij Cynoscephalae tot vrede. Athene nam overtuigend de kant van Rome en hielp het in 192 VC tegen Antiochus III van Syrië en tegen Perseus van Mecedon in 171-167 BC. Als tegenprestatie verkreeg Athene Lemnos en Delos die gedurende de volgende jaren een link werden tussen Azië en Italië. Dit droeg in belangrijke mate bij tot de weelde in de stad.

In die periode begon men opnieuw in Athene te bouwen en kon men de stad weer doen schitteren dankzij de schenkingen van de heersers van Pergamon en van andere Aziatische koningen.


Mithridates en Sulla

De trouw tot het bondgenootschap met Rome werd in 88 VC opzij gezet toen Athene Mithridates VI Eupator, koning van Pontus steunde. De Atheners werkten samen met Archeleas, de generaal van Mithridates en ze onderworpen het grootste deel van Griekenland terwijl Mithridates de meeste steden in Klein Azië evenals de eilanden van de Romeinen bevrijdde.

In 87 VC, leidde Sulla, aan de zijde van de Romeinen, vijf legionen als een speerpunt de Mithridatische Oorlog binnen. Gedurende meerdere maanden belaagde hij Athene en Piraeus. Toen de stad uiteindelijk viel, deed zich een ware slachting voor die Sulla zelf stopte. Korte tijd later nam hij Piraeus in en stak hij het bekende skeuotheka (arsenaal) van Philon alsook de kades in brand.

De stoutmoedigheid van Athene om Rome te confronteren, kwam de stad duur te staan. Athene verloor Delos en Salamis en was verwoest door de oorlog, de belegering en de daaropvolgende slachting. Tal van kunstwerken en edelmetalen offergaven vielen in de handen van de belagers en werden naar Rome overgebracht. Heel wat stadsmonumenten werden vernietigd of zwaar beschadigd. De stad overleefde dankzij de naam en het prestige waarvan ze in de Romeinse wereld genoot.


Romeinse Overheersing in Athene

Athene herstelde zich vlug van deze rampen. Tijdens de eerste eeuw VC, begon de Griekse cultuur de Romeinen aan te spreken. Als gevolg daarvan, verhuisden vele Romeinen naar Athene en versierden de keizers de stad met opzienbarende nieuwe gebouwen. Julius Caesar wijdde de nieuwe Atheense Agora in die klaar was na het einde van de burgeroorlog en die nu gekend is als de Romeinse Agora.

Onder Keizer Augustus veranderde het zicht van de oude Atheense Agora met het Odeion van Agrippa en het overbrengen van tempels uit het platteland van Attica naar de Atheense Agora. De regering van Tibrius en Cladius woog zwaar op de stad maar, ondanks zijn berucht historisch imago, vonden de Atheners in Keizer Nero een ware weldoener,.

Gedurende deze periode en vooral in 50 AD, predikte de Apostel Paulus het christendom in Athene, een feit dat toen vrij onbelangrijk was maar dat door de tijd heen zou uitgroeien tot gigantische proporties. De heerschappij van de Falvianen werd gekenmerkt door een oppositie tussen de “mannen der letteren’ en de Romeinse administratie omdat de eerste het machtsmisbruik Publius Aelius Traianus Hadrianus, gekend als Hardrianus (117-137), de grote weldoener van Athene gedurende de Romeinse Overheersingvan de laatste aanklaagde. Verschillende intellectuelen, waaronder enkele Atheners, werd vervolgd.

Tijdens de Antonine periode genoot Athene van een heropleving te beginnen met Marcus Ulpius Nerva Trajanus (89-117), in de volksmond Hadrianus genoemd, en zijn opvolgers. Hadrianus droeg de Griekse filosofie en de stad zelf hoog in het vaandel. Hij bezocht Athene drie keer (124-125, 128-129 en 131-132).

Op zijn bevel breidde het residentiële gebied zich naar het westen uit tot achter de Ilissos rivier en werden belangrijke openbare gebouwen opgetrokken of, dankzij de keizerlijke gaven, afgewerkt:

• de aquaduct en de mymphaeum (monument opgedragen aan de nimfen)
• de bibliotheek
• het Olympeion en de Tempel van de Pan-Helleense Zeus
• het Pantheon
• de Tempel van Hera
• een nieuw gymnasium en een nieuw pompeion (gebouw dat gebruikt werd voor de
  start van processies).

Dit was echter niet alles. Het was duidelijk dat Hadrianus Athene zijn intellectuele grootsheid wilde teruggeven. De bouw van de Tempel van de Pan-Helleense Zeus ging gepaard met de oprichting van de Panhellenion, een federatie van alle Griekse steden geleid door Athene en het instituut van de Pan-Helleense Spelen die elke vier jaar ter ere van de keizer gehouden werden. Door het verbieden van de onbeperkte export van olie beschermde Hadrianus de lagere sociale klasse tegen de inhaligheid van voedselhandelaren. De stad noemde een boog nabij het Olympeion naar hem ter ere van de keizer.

Het heilzame beleid voor Athene zette zich verder onder Antoninus Pius (138-161), een periode waarin Herodes Atticus de stad meer prachtige gebouwen zoals het Panatheense Stadion en het Odeion van Herodes Atticus (Herodeion) schonk. Ook onder Marus Aurelius (1161-180, de keizerfilosoof), werd dit beleid verder gezet.

Omstreeks het midden van de eeuw, schreef de reiziger Pausanias de “Hellados Periegisis” (een beschrijving van Griekenland), waarvan een belangrijk deel gewijd was aan Athene en haar monumenten waardoor aldus een beeld van de stad bewaard bleef voor toekomstige generaties. Ongeveer een eeuw later zou dit beeld definitief veranderen.

De invasie van barbaarse stammen in de Balkanlanden en in Griekenland had ook een effect op Athene. Onder Valerianus (253-260), ondernam men een laatste poging om de stad te beschermen tegen de dreigende invasies maar de in de haast opgetrokken muur weerhield de Herulen er niet van de stad in te nemen en er een groot deel van de openbare en private gebouwen te verwoesten.

 
  GESCHIEDENIS VAN ATHENE
  336 VC TOT 267 AD
   Lycurgus van Athene
   Begin van de Macedonische
   overheersing
   Demetrius de Belager
   Van Macedonische overheer-
   sing tot neutraliteit
   Aan de zijde van Rome
   Mithridates en Sulla
   Romeinse overheersing in
   Athene

Add to Favit Add to Digg Add to Del.icio.us Add to Simpy Add to StumbleUpon Add to Netscape Add to Furl Add to Yahoo Add to Google Add to Blogmarks Add to Ma.Gnolia Add to Netvouz








 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

  www.athensinfoguide.com   © 2004-2009 - Athens Info Guide - Alle rechten voorbehouden - Juridische Informatie