GESCHIEDENIS
VAN ATHENE
Athene
in de Midden-Byzantijnse tijd
Tijdens de eerste jaren van het Midden-Byzantijnse tijdperk, nadat
de scholen van Athene waren gesloten en het heidendom plaats gemaakt
had voor het christendom, werd Athene een provinciestad, gescheiden
van de machtcentra en met een beperkt strategisch belang.
Er
is weinig geweten over het leven in de stad gedurende die tijd.
Keizer Constans II bracht de winter van 662-663 in Athene door
op weg naar Sicilië. In het midden van de 9de eeuw werd hetbisschop
Athene een aardsbisdom. De stad was nu ingedeeld onder de Theme
van Griekenland (een administratief district in het Byzantijnse
rijk) met Thebe als zetel waar de lokale macht werd uitgeoefend
door de Archon van Athene (athenarchos).
Op
het eerste zicht baseerde de economie van de stad zich hoofdzakelijk
op de landbouw. Echter, het feit dat twee Atheense vrouwen de
troon van het Oost Romeinse Rijk beklommen, bewijst het bestaan
van aristocratische families in Athene. Een van deze Atheense
vrouwen was Keizerin Eirene van Athene, echtgenote van Leo IV
de Khazaar en moeder van Constantijn VI. Zij was de eerste vrouw
die de keizerlijke troon besteeg (797-802). De tweede was haar
nicht, Theophano, de vrouw van Keizer Stavrakios (811).
Eirene
van Athene (752-803)
Eirene
was Keizerin van het Byzantijnse Rijk, geboren in Athene,
echtgenote van Leo IV en moeder van Constatijn VI. Na
de dood van Leo kwam ze aan de macht als regentes van
haar jonge zoon. Later stootte ze hem van de troon en
werd de eerste Keizerin (797-802). Ze verloor haar troon
aan Nikephoros I in 802 en werd
verbannen naar het eiland Lesvos.
Eirene
herstelde het aanbidden van iconen wat in het Byzantijnse
Rijk verbannen was door zogenaamde “eikonomachi’,
mensen die iconen vernietigen. Haar echtgenoot, Keizer
Leo III beval de vernietiging van alle iconen van Jezus,
de Maagd Maria en de Heiligen in zijn Rijk. Eirene was
actief in liefdadigheidswerk en haar internationaal beleid
was zeer succesvol. Haar financieel beleid echter bleek,
op lange termijn, schadelijk te zijn voor de bevolking.
|
Het
graf van Leo, de strategos (general) van Griekenland die in 848
overleed en dat zich op de Akropolis bevindt, maakt duidelijk
dat, vanaf de 9de eeuw, de stad waarschijnlijk de zetel van de
Theme werd. De vooruitgang van Athene wordt ook aangegeven door
de heruitgave van de folles, bronzen munten voor dagelijks gebruik,
en door uitgebreide bouwactiviteiten die archeologisch onderzoek
aan het licht brachten.
Een
groot aantal kerken uit de 11de en 12de eeuw bleven bewaard. Ze
gaven vorm aan het zogenaamde Atheense type: kleine dwars-in-het-vierkant
kerken met een schitterende achtzijdige koepel, fijn cloisonné
metselwerk en bakstenen versiering met kalfstanden en kufische
motieven. Het gebruik van deze motieven geeft aan dat en mogelijk
connecties waren met Arabieren en dat er misschien zelfs een Arabische
gemeenschap in Athene was.
Kenmerkende
kerken voor deze periode zijn de Heilige Apostelen van Solakis
(Agii Apostoli Solaki), Kapnikarea (Panagia Kapnikarea), de Heilige
Assomati in Thissio enz. Veel van deze kerken werden opgericht
door leden van de Atheense aristocratie die veel invloed hadden
verworven in de groeiende stad.
Het
centrum van de stad omvatte het gebied rond de Agora en de Akropolis.
Een belangrijke wijk was Tzykanisterion, genoemd naar de plaats
waar men het tzykanion spel speelde, een spel vergelijkbaar met
het hedendaagse polo. Een andere wijk was deze van de Konchyliarioi,
de purperververs, en deze van Elafos in de omgeving van de Sint
Marina kerk.
De
economie bestond uit landbouw en industrie, meer bepaald, pottenbakkerij,
olie-industrie, productie van zeep en purper kleurstof. Handel
was eveneens een groeiende sector. In de 11de eeuw verkregen de
Venetianen het recht op vrije handel in de stad.
Er
waren ogenblikken van hevige spanningen als gevolg van de hoge
belastingen. Zulk een incident deed zich in 915 voor toen de Atheners
rebelleerden en ze de boekouder in het Parthenon stenigden omdat
ze hem verantwoordelijk hielden voor het staatsbeleid. Een andere
gebeurtenis was het bezoek van Keizer Basil II in 1018 aan de
kerk van de Heilige Maagd (Panagia Athiniotissa) in het Parthenon
waar hij bad voor de overwinning op de Bulgaren. Panagia Athiniotissa
was een belangrijk heiligdom geworden dat door heel wat hoogstaande
geestelijken bezocht werd.
Tot
1203 had Athene weinig invloed ondervonden van de algemene instabiliteit
in het oostelijke Middellandse Zeegebied. De stad was het randcentrum
van het Oost-Romeinse Rijk en ze werd slechts
nu en dan met moeilijkheden geconfronteerd zoals de inval van
de Noormannen en van de Arabieren in 1147 en in de tweede helft
van de 12de eeuw. Beschrijvingen van de stad als deze van de Arabische
aardrijkskundige Al-Idrisi in de 12de eeuw, geven Athene weer
als een zeer bevolkte stad omgeven door een welvarend land.
Beïnvloed
door het verleden van Athene als cultuurcentrum kwam Michael Choniates,
die een grondige kennis van de klassieke literatuur bezat, in
1182 naar de stad in de hoedanigheid van aartsbisschop. Hij was
teleurgesteld door de armoede en de ongeletterdheid waarmee hij
geconfronteerd werd. Zijn bisschopsambt
viel samen met moeilijke tijden voor de stad. In 1203 viel Leo
Sgouros van Nauplion Athene aan. Met de hulp van Chroniates weerden
de inwoners de aanval af. In 1204 werd de stad tijdens de Vierde
Kruistocht echter ingenomen door de Frankische kruisvaarders onder
de leiding van Boniface van Monferat. Deze gebeurtenis kondigde
een nieuwe fase in de geschiedenis van de stad aan.
|