
GESCHIEDENIS
VAN ATHENE
De
Frankische bezetting van Athene
Boniface van Monsserat stond Athene en Megara af aan Othon de
La Roche van Bourgondië die ook al Thebe in zijn bezit had.
Otto (Dominus Arthenarum, Heer van Athene), deelde zijn gebied
op in navolging van het westerse middeleeuwse model. Zijn neef
en opvolger, Guy I, kreeg de titel hertog van Koning Louis IX
waarop het gebied van Athene en Boeotia officieel een hertogdom
genoemd werd.
Vanaf
het begin zetelde een Latijnse bisschop in de stad. Hij werd door
de Orthodoxe priesters erkend na de zelfballingschap van Michael
Choniates naar Kea en Euboea. De zetel van het nieuwe politieke
en kerkelijke gezag was de Akropolis die versterkt werd met vestigingsmuren
waardoor ze de vorm van een middeleeuws kasteel aannam. Een hoge
toren, later gekend als het Frankische fort, werd aan de zuidkant
van de Propylaea gebouwd. De toren bestond tot 1875.
Het
residentiële gebied was echter beperkt tot het gebied binnen
de Late Romeinse Muur. In de eerste helft van de 13de eeuw werd
een omwalling gebouwd, de Rizokastro. Op de Akropolis werd de
Propylaea omgevormd tot woning voor de Hertog, de Erechteion in
een woning voor de Bisschop en de Panagia Athiniotissa kerk tot
een Katholieke kerk.
Athene
genoot van vrede onder Otto de La Roche. De Venetianen en de Genoesen,
die zich permanent in de stad gevestigd hadden, droegen bij tot
de groei van de handel en de industrie en vooral in de zijde-industrie
waarvan het centrum in Thebe lag. Onder Guy I werden munten uitgegeven
door de munt van Glarenza. Dit was de enige munt die ooit in het
hertogdom gemaakt werd. De kunstwerken van de Atheense werkplaatsen
uit die tijd, die de westerse invloed hadden overgenomen, waren
zonder meer belangrijk.
Aan
de heerschappij van de Bourgondische Hertogen kwam een einde na
1311 met de inval van de stad door de Ridders van de Catalaanse
Compagnie. Na de inname boden de Catalanen de heerschappij eerst
aan het Koninkrijk Sicilië aan en dan aan het Koninkrijk
Aragon. De koningen van Aragon gingen met het voorstel akkoord
en stuurden een vicaris naar de stad. Thebes werd de zetel van
het hertogdom, Catalaans werd de officiële taal en de wetgeving
van Barcelona werd ingevoerd. De Atheners hadden geen recht op
eigendom en het enige beroep dat ze mochten uitoefenen was dat
van notaris.
De
Catalaanse heerschappij, die beschouwd wordt als een sombere bladzijde
in de geschiedenis van Athene, eindigde met de inname van de Akropolis
door de Florentijn Neio Acciaiuoli. De Acciaiuoli behielden de
macht, kort onderbroken door de Venetianen (1395-1403), tot de
uiteindelijke overgave van de stad aan de Osmanen in 1458. Hieraan
voorafgaand hadden de Osmanen de stad al tevergeefs aangevallen
onder Bayezid in 1397.
De
Acciaiuoli maakten van Athene de hoofdstad van het hertogdom en
hielden zich bezig met infrastructuur- en verfraaingswerken. Ze
lieten de haven van Piraeus (Port Leone) herstellen, ze bouwden
wegen en herstelden kerken. De Propylaea werd een prachtig paleis
en de kerk van de Heilige Maagd Maria (Santa Maria de Setines)
op de Akropolis werd gerenoveerd. Handel en nijverheid werden
verbeterd, Grieks werd opnieuw de officiële taal en de Orthodoxe
bisschop werd in ere hersteld.
Onder
deze omstandigheden slaagden bepaalde lokale families erin, de
meest eminente zijnde de Chalkokondylis familie, zich te onderscheiden
en welvaart te vergaren. Op hetzelfde ogenblik, werd welstand
verbonden aan de nederzettingen van de Arvanites, Albanees sprekende
bevolking, in de wijde regio rond Attica en Boeotia.
De
interesse van de Florentijnen was duidelijk verbonden met de humanistische
beweging die in Italiaanse steden begon op te komen met als fundament
het herontdekken van de oude literatuur waarvan
de wieg in Athene stond. Als gevolg van deze interesse brachten
westerse reizigers als Cyriacus van Ancona (1436 en 1444) tijdelijke
bezoeken aan de stad om er een binding te zoeken met haar glorierijk
verleden. De Osmaanse veroveringen in 1456, die afgesloten werden
met de val van de Akropolis in 1458, onderbraken deze stroming.
Opnieuw stond Athene voor een nieuw hoofdstuk in haar geschiedenis.

|