De meest volledige infromatiegids over Athene, Griekenland
De
Olympiërs
De
heersende goden van het Griekse Pantheon waren de twaalf Olympiërs:
Zeus, Hera, Poseidon, Demeter, Athene, Hephaistos, Ares, Aphrodite,
Apollo(n), Artemis, Hermes en Dionysos.
Deze
twaalf goden eisten de verering van alle gelovigen. Deze die
een van de twaalf niet vereerden met offergaven en wijn, werden
op gepaste wijze gestraft. Vooral Artemis, Aphrodite en Dionysos,
de goden met de minste voorrechten (machtsgebieden), waren
hiervoor gevoelig.
De
twaalf goden regeerden over alle aspecten van het menselijke
leven. Hun macht omvatte onder andere:
Zeus
geloof,
koningschap, weer
Hera
vrouwen,
huwelijk, geboorte
Poseidon
de
zee, paarden, aardbevingen, rivieren
Demeter
landbouw,
het hiernamaals
Athena
ambachten,
raadgevingen
Hephaistos
metaalbewerking,
vuur
Ares
oorlog
Aphrodite
liefde,
seks
Apollo(n)
muziek,
voorspellingen, genezingen en ziekte
Artemis
jagen,
wildernis, kinderen
Hermes
reizen,
handel, vee
Dionysos
wijn,
waanzin, het hiernamaals
De
talrijke andere goden en duivels van het Panthenon, vielen
binnen
één of meer machtsgebieden van de Olympiërs.
De twaalf Olympiërs
Zeus:
Dit was de machtigste van de goden. Hij volgde Ouranos
en Kronos op. Zeus was de heerser over de aarde en de lucht.
Zijn thuis was op de top van de Olympus berg of in de lucht.
De hoogvliegende arend was voor hem heilig evenals de,
met wolken omgeven, bergen. Hoewel Zeus de heerser en beschermer
van de wereld was, had hij veel menselijke zwakheden. Hij
kon jaloers zijn en was een beruchte vrouwenjager. Zijn
vrouwen waren Metis, Themis en Hera. De Romeinen kenden
hem als Jupiter.
Hera:
Hera was de godin van de stormen omwille van de turbulente
verhouding met haar echtgenoot Zeus. Zij had de vrouwelijke
kwaliteit van vruchtbaarheid gecombineerd met ontrouw.
Ze werd vereerd als de koningin van de goden en ze strafte
immoreel gedrag bij stervelingen, vooral deze bij de liefjes
van Zeus. Omwille hiervan was zij de godin van het huwelijk.
De Romeinen noemden haar Juno.
Poseidon:
Poseidon, de god van de zeeën, werd ook geassocieerd
met water in ander vormen als wolken die noodzakelijk zijn
voor de landbouw. Hij kon bronnen doen ontstaan maar hij
kon ook overstromingen en grote golven veroorzaken wanneer
hij kwaad gemaakt werd. De Romeinen noemden hem Neptunus.
Demeter:
Zij was de godin van de aarde die waakte over de groei
van koren en graan. Terwijl ze naar haar dochter zocht,
die ontvoerd was door Hades, onderrichte ze haar gastheren
in de landbouw. Ze werd door de Romeinen Ceres genoemd.
Athena:
Athena werd geboren met een harnas uit het hoofd van haar
vader, Zeus. Ze kon verschrikkelijk en machtig zijn maar
ook openlijk liefelijk en puur. Ze was een maagdelijke
godin, zuiver in haar toewijding aan wijsheid en kunstzinnige
schoonheid. Ze leerde mannen de kunst van het oorlogvoeren
maar ze ontdekte ook het spinnen, weven en de fluit. Bij
de Romeinen was ze gekend als Minerva.
Hephaistos:
Hephaestos was de smid onder de goden. Hij verpersoonlijkte
het vuur in de aarde, dat verscheen via vulkanen. Hij wordt
misvormd afgebeeld. Als zoon van Zeus en Hera, zat hij
vaak gevangen tussen hun ruzies. Dionysus was zijn beste
vriend en de Romeinen noemden Hephaistos Vulcanus.
Ares:
De god van de oorlog. Er werd aangenomen dat hij genoot
van slachting en bloedbaden. Hij was een zoon van Zeus
en Hera en de god van de stormen, vooral van de orkanen.
De Romeinen, die hem hoger stelden dan de Grieken, noemden
hem Mars.
Apollo(n):
Hij is de zonnegod en de god van muziek en het gezang dat
gehoord wordt als het licht over de duisternis triomfeert.
Hij wordt in verband gebracht met jeugd en kracht. Het
fysische aspect van Apollo is ook gekend als Helios of
Hyperion.
Artemis:
Artemis was de maagdelijke godin van de vruchtbaarheid.
Ze was ook de beschermster van schapenkuddes en de godin
van de jacht en de bossen. Toen Actaeon haar zag baden,
veranderde ze hem in een mannetjeshert. Ze doodde Orion
omdat hij haar kuisheid probeerde te schenden. Ze werd
geïdentificeerd met de maan en Apollo was haar tweelingbroer.
Bij de Romeinen stond zij gekend als Diana.
Hermes:
De goddelijke beschermer van zakenlui en handel maar ook
van dieven en bandieten. Hem wordt toegemeten dat hij een
grote spraakvaardigheid had. Het was zijn taak afgezant
te zijn van de goden, in het bijzonder van Zeus. Hij was
door de Romeinen gekend als Mercurius.
Dionysos:
Dionysos, of Bacchus, was de god van de wijn en het theater.
Hij wordt geassocieerd met vrolijke feesten. Zeus, zijn
vader, deed hem herleven nadat Hera zijn moeder Semele,
uit jaloersheid gedood had voor zijn geboorte. Als volwassene
reisde Dionysos over de wereld om de mensen te leren om
te gaan met wijngaarden.
Aphrodite:
Aphrodite is de godin van de liefde en de patrones van
de hoeren. Sommige bronnen vermelden Zeus en Dione als
haar ouders, terwijl andere zeggen dat ze de dochter van
Uranus is en geboren werd uit het schuim van de zee. Nadat
ze weigerde met Zeus te huwen, werd ze verplicht te huwen
met Hephaestus die lui en onaantrekkelijk was. Ze ruziede
met Persephone over het hoederecht van de knappe Adonis.
Later werd deze in een jachtongeval gedood door ofwel Hephaestes
ofwel door Ares (de minnaar van Aphrodite) die zich als
wild varken voordeed. Eros, de zoon van Aphrodite, is ook
gekend als Cupido. De Romeinen noemden Aphrodite Venus.
Een
andere belangrijke god, Hades,
werd vaak onterecht bij de Olympiërs gerekend. Als
de heerser van de dood had hij geen rol in het leven van
de levenden en hij werd gewoonlijk niet aanbeden. Eigenlijk
werden Demeter met haar dochter Persephone en Dionysos,
omwille van mysteries, aanbeden als goden van het hiernamaals.