GESCHIEDENIS
VAN ATHENE
Griekse
burgeroorlog
Einde van de burgeroorlog
1949
De
fatale slag voor de KKE en de DSE was politiek, niet militair.
In juni van 1949 verbrak de Sovjet Unie en haar satellietstaten
haar relaties met Eerste Minister Tito van Joegoslavië die
de grootste medestander van de KKE was sinds 1944. De KKE moest
daarop kiezen tussen haar trouw aan Stalin en hun relaties met
hun meest verbonden en belangrijkste bondgenoot. Na enige interne
conflicten koos de overgrote meerderheid, onder leiding van Zachariadis,
onvermijdelijk
voor Stalin. In januari 1949 werd Vafiadis beschuldigd van “Titoïsme”,
werd hij uit zijn politieke en militaire positie ontheven en vervangen
door Nikos Zachariadis.
Tito
sloot de Joegoslavische grens voor de guerrilla’s van de
DSE in juli van 1949 en hij ontmantelde hun kampen in Joegoslavië.
De scheiding van Tito was ook het begin van een heksenjacht naar
“Titoïsten” binnen de Griekse communistische
partij met disorganisatie en demoralisering binnen de rangen van
de DSE als gevolg alsook het afnemen van de steun voor de KKE
in stedelijke gebieden.
Op
hetzelfde ogenblik vond het nationale leger een getalenteerde
bevelhebber in Generaal Alexander Papagos. Onder de naam “Operatie
Fakkel, lanceerde Papagos in augustus 1949 een belangrijk tegenoffensief
tegen de DSE strijdkrachten in Noord-Griekenland. Het resultaat
was een grote overwinning voor het nationale leger met zware verliezen
voor de DSE. Haar leger kon niet langer weerstand bieden in een
veldslag.
In
september 1949 hadden de meeste DSE soldaten zich overgegeven
of waren naar Albanië gevlucht. Tegen het einde van de maand
meldde de Albanese regering de KKE, waarschijnlijk met Sovjet
goedkeuring,
dat ze de DSE niet langer zouden toestaan militaire operaties
uit te voeren vanaf Albanees grondgebied. Op 16 oktober kondigde
Zachariadis een tijdelijke wapenstilstand aan “om de uitsterving
van Griekenland te vermijden”. Dit verdrag betekende het
einde van de Griekse Burgeroorlog.
De
Westerse Geallieerden beschouwden het einde van de Griekse Burgeroorlog
als een overwinning in de Koude Oorlog met de Sovjet Unie. Het
paradoxale was dat de Sovjets de pogingen van de communistische
partij om de macht in Griekenland te grijpen nooit actief hadden
ondersteund. De belangrijkste bondgenoot en leverancier van de
KKE was altijd Tito geweest en het was de scheiding tussen Tito
en de KKE die het echte einde inluidde van de pogingen van de
partij om de macht te krijgen.
|